Jaar 2007-2008 Cyclus A

 

Bezinning bij / surfen naar:

 

Zusters en broeders,

 

Veel van onze huizen zijn veel te groot, dat las ik vorige week in de krant. Ze werden gebouwd in de tijd dat de gezinnen relatief groot en stabiel waren, maar ondertussen zijn de gezinnen dikwijls kleiner en dikwijls ook onstabieler geworden. Vooral oudere mensen wonen nu nog in die grote huizen, die ze trouwens zelf hebben gebouwd, dus zal binnen enkele tientallen jaren een groot aantal van die huizen te koop staan, terwijl er geen nood meer aan is. Aldus het krantenbericht. En ik dacht: merkwaardig welke gevolgen de evolutie van het gezin zoal kan hebben. 

 

Want dat het gezin niet meer hetzelfde is als pakweg twintig, dertig jaar geleden, dat is een feit waar we niet omheen kunnen. En dat het ook niet altijd de veilige haven is waar ouders en kinderen zich echt thuis kunnen voelen, ook dat is een open deur. Het is er immers niet gemakkelijker op geworden: traditionele gezinnen, eenoudergezinnen, nieuw samengestelde gezinnen, gezinnen met twee moeders en gezinnen met twee vaders. Gezinnen waarvan de samenstelling in de loop van de jaren verandert, soms meer dan eens. Veel voedstervaders en voedstermoeders. Veel gezinnen zijn als het ware ontheemd, net zoals Maria, Jozef en Jezus in het evangelie. Nee, het is er niet gemakkelijker op geworden. Ook door de maatschappelijke druk: de bedrijven eisen steeds meer van hun werknemers, en als die dan eindelijk naar huis kunnen, lopen ze veel kans in de file te staan. ’s Morgens vroeger vertrekken, ’s avonds later thuis: hoeveel tijd blijft er nog over voor het gezin? Soms heb ik de indruk dat de jaarlijkse vakantie voor veel gezinnen de enige veertien dagen zijn dat ze samen dingen kunnen doen, samen kunnen praten, samen kunnen spelen, gewoon samen kunnen zijn. Zoals dat van een gezin verwacht mag worden.

 

We kunnen dat allemaal betreuren, we kunnen met heimwee terugdenken aan vroeger, maar dat brengt gaan aarde aan de dijk. We leven immers niet in het verleden, maar in het nu, in onze eigen tijd. Zoals Jezus: Hij leefde niet in het verleden, maar in het nu van zijn eigen tijd en zijn eigen maatschappij. Dus kunnen we, net als Hij, maar beter denken en handelen in termen van vandaag, en wegen proberen vinden die we met onze verscheiden en dikwijls ook gescheiden gezinnen kunnen gaan.

 

Veel voedstervaders en voedstermoeders zei ik daarnet. Zusters en broeders, dat zijn we eigenlijk allemaal: voedstervader en voedstermoeder. We spreken wel van ‘mijn’ kinderen en ‘mijn’ kleinkinderen, maar dat betekent niet dat onze kinderen ons eigendom zijn. Als dat zo was, zouden wijzelf het leven bezitten, en dat is niet zo. Wij geven het leven alleen maar door, het is niet van ons. Dus zijn onze kinderen niet ons eigendom. Ze zijn een leven op zich. Ze zijn geen speeltjes waarvan wij met een druk op de knop de weg en de richting kunnen bepalen, nee, ze hebben het recht hun eigen weg te gaan, net zoals wij, hun ouders of grootouders, dat zelf hebben gedaan. En ook als die weg ons niet aanstaat, ook dan moet onze deur altijd open blijven, wat er ook moge gebeuren. Ik denk dat de parabel van de verloren zoon hier onze leidraad kan zijn. De vader verzet zich niet tegen de bokkensprongen van zijn eigenzinnige losbol van een zoon, maar wanneer die uitgeleefd naar huis komt, wacht hij hem met open armen op en bereidt hij hem zelfs een feestmaal. Hij verwijt hem niet eens iets, nee, hij is alleen maar heel blij dat zijn zoon weer thuis is.

 

Zusters en broeders, onze tijd en onze maatschappij is niet altijd kind- en oudervriendelijk. Er wordt immers zo goed als puur economisch geredeneerd en beslist. Wat kost het en wat brengt het op, dat zijn zowat de enige vragen die gesteld worden. Of het nu gaat om gezinnen, onderwijs, milieu, gerecht, sociale en medische sector, cultuur en noem maar: wat kost het en wat brengt het op. En wat doet de concurrentie. In deze harde maatschappij moeten de gezinnen hun weg zien te vinden, en die weg kan alleen maar die van het respect zijn. Respect van de ouders voor de keuzes van hun kinderen, respect van de kinderen voor de keuzes van hun ouders. Of om het met die heerlijke woorden van Paulus in de eerste lezing te zeggen: ‘Broeders en zusters, bekleedt u dan, als Gods heilige en geliefde uitverkorenen, met tedere ontferming, goedheid, deemoed, zachtheid en geduld.’

 

Tedere ontferming, goedheid, deemoed, zachtheid en geduld ... als die eigenschappen de basis vormen van het leven binnen onze gezinnen, en trouwens ook van het leven als dusdanig, dan scheppen we, ook binnen onze gezinnen, een hemel op aarde. Niets meer maar ook niets minder. Moge het zo zijn. Amen.

 

Download deze preek in Microsoft Word formaat

Intekenen voor de wekelijkse overwegingen

captcha