Jaar 2010-2011 Cyclus A

Bezinning bij / surfen naar:

  • Jesaja 49, 14-15
  • Matteus 6, 24-34

    Zusters en broeders,

    In 1743 publiceerde de Italiaanse toneelschrijver Carlo Goldoni De knecht van twee meesters. Hoofdpersonage is Truffaldino. Hij heeft twee obsessies: een niet te stillen honger en altijd veel te weinig geld. Om daar iets aan te doen, wordt hij in het geniep de knecht van twee meesters. Hij rekent erop dat dit vanzelf tot meer eten en meer loon zal leiden. In werkelijkheid echter rolt hij in een kluwen van intriges, misverstanden en persoonverwisselingen. Hij moet zich uit de gekste situaties zien te liegen en zich dag en nacht de ziel uit het lijf hollen. Hij heeft zelfs geen tijd meer om te eten. En dat met zijn honger! Op de duur gaat hij kapot van de stress, zo erg dat hij zwaar begint te stotteren, waardoor anderen hem dan weer verkeerd begrijpen. Kortom, het is niet te doen. 

    De knecht van twee meesters is een knotsgekke komedie, maar ze illustreert wel duidelijk de uitspraak: ‘Niemand kan twee heren dienen’, want, voegt Jezus eraan toe, ‘ge zult de eerste haten en de tweede liefhebben, of juist toegewijd zijn aan de ene en de andere verachten.’ En dan volgt wat Hij meer specifiek bedoelt: ‘Gij kunt niet God dienen en de mammon.’ En mammon, dat is een Syrisch woord voor geld en rijkdom, met de bijbetekenis dat dat geld als een god vereerd wordt. Doe dat niet, zegt Jezus, verzamel geen schatten op aarde, maar verzamel ze in de hemel. Ik denk dat die woorden vandaag erg wrang klinken in de oren van Arabische en Afrikaanse dictators. Jarenlang hebben zij en de kliek om hen heen schaamteloos hun eigen volk bestolen, ze hebben miljarden op buitenlandse rekeningen staan, en over de hele wereld kastelen en villa’s gekocht. Ze lachen met de armoede van het volk, en als dat volk dat niet langer meer aanvaardt, sturen ze er de politie en het leger op af om met scherp te schieten. Dat, zegt Jezus, dat is het gevolg van mammon. 

    Ik weet het, bijlange niet allen die slaaf zijn van hun geld zijn zulke bloedzuigers, maar toch zegt Jezus tegen hen en trouwens ook tegen ons: ‘Maak u geen zorgen over uzelf en over wat ge zult eten of drinken, noch over uw lichaam en over wat ge zult aantrekken.’ Bedoelt Hij daarmee dat we maar vrolijk moeten zitten wachten tot het nodige ons in de schoot valt? Zeker niet. Wat Hij wél bedoelt, is dat we niet de hele tijd met geld en goed moeten bezig zijn. ‘Wees toch niet zo bezorgd om die dingen,’ zegt Hij, ‘en vertrouw wat meer op uw hemelse Vader. Die laat u immers niet in de steek.’ Of om het met de woorden van Jesaja in de eerste lezing te zeggen: ‘Zelfs al zou een moeder haar kind vergeten, uw Vader in de hemel vergeet u nooit.’ En Jezus voegt daar nog aan toe: ‘Als Hij al zo begaan is met de vogels in de lucht en de bloemen op het veld, wat zou Hij dan niet om u geven! Zoek dus eerst het Koninkrijk van God en zijn gerechtigheid, dan zullen al die andere dingen u erbij gegeven worden.’ En die andere dingen, dat zijn de vrede van het hart en het vertrouwen in de goedheid en de zorg van God. En het Koninkrijk van God, dat is een wereld waarin liefde en zorg voor elkaar de boventoon voeren, en waarin de zwaksten niet uitgebuit, maar beschermd en geholpen worden. Een wereld die beheerst wordt door ‘bemin God bovenal en uw naaste zoals uzelf’. Zulke wereld dus, een droom van een wereld. 

    Zusters en broeders, Jezus geeft ons vandaag een paar wijze levenslessen. Dat we minder met geld en rijkdom bezig moeten zijn, en meer mens zouden worden. Als je ziet tot welke misdadigheid en geweld geld dagelijks leidt, kun je dat alleen maar een zeer wijze raad vinden. En Jezus raadt ons ook aan ons wat minder zorgen te maken over de dag van morgen. Ik weet het, zorgeloos door het leven gaan is gemakkelijker gezegd dan gedaan. Onze zorg gaat immers niet alleen om geld en goed, maar ook om gezondheid, vrede, vriendschap, gelijkheid, respect. Dat zijn dingen die er écht toe doen, en die we bijlange niet altijd zelf in de hand hebben. Daarom zegt Jezus: ‘Maak u zeker geen zorgen over de dag van morgen, want elke dag heeft genoeg aan zijn eigen last.’ En dat is een harde waarheid: elke dag heeft genoeg aan zijn eigen last. We moeten er de last van morgen dus al niet vooraf bijnemen. Iemand zei ooit: ‘Wat morgen pijn doet, doet vandaag nog geen zeer.’ Ik denk dat dit een perfecte vertaling is van wat Jezus ons voorhoudt. 

    Zusters en broeders, zullen we misschien toch maar iets meer naar Jezus en iets minder naar onszelf, onze hebberigheid en onze zorgen luisteren? Ik ben er zeker van dat we er alleen maar beter en gelukkiger door zullen worden. Amen.  

     

Download deze preek in Microsoft Word formaat

Intekenen voor de wekelijkse overwegingen

captcha