Jaar 2022-2023 Cyclus A
  • Eerste lezingJesaja 35, 1-6a.10
  • Evangelie: Mattheus 11, 2-11

Zusters en broeders,

Wellicht hebben we het allemaal moeilijk met hetzelfde, namelijk iets niet kunnen loslaten. Loslaten wat ons aantrekt, ook al is het helemaal niet goed, zoals bijvoorbeeld verslaving aan alcohol of aan drugs. Of loslaten wat ons op onszelf terugplooit, zoals egoïsme, hebzucht, altijd gelijk hebben. Of pijnlijke ervaringen zoals ziekte, lijden of dood van een geliefde niet kunnen verwerken. Of afstand nemen van fake news dat nergens op steunt, en alleen maar haat en vijandschap zaait. En we kunnen blijven opsommen, want er is veel dat we niet zomaar kunnen of niet willen loslaten, zodat het ons leven soms op een erg indringende, en vaak ook negatieve wijze beïnvloedt.

Misschien verbaast het je, maar dat doet denken aan Johannes de Doper. Vorige week hoorden we hoe hij tekeerging tegen farizeeën en sadduceeën die zich wilden laten dopen. Hij schold hen uit voor addergebroed dat bij het laatste oordeel in vreselijk hellevuur zou terechtkomen. En waarom doet hij dat? Omdat hij een profeet is van het Oude Testament, dus gelooft hij niet in een God van liefde en vrede, maar in een wraakzuchtige God die ongeremd zal straffen wie niet leeft volgens zijn wetten. Dat zal volgens hem ook de Messias doen, want hij zal elke boom die geen vruchten draagt omhakken en in het vuur werpen. Johannes  is zo verblind door dat godsbeeld dat hij er niet eens kan aan denken dat die farizeeën en sadduceeën misschien echt op zoek zijn naar een ander, een eerlijk geloofsleven vol liefde en vrede. Vandaar dat hij later zelfs leerlingen op Jezus afstuurt met de vraag of Hij wel de Messias is die hij heeft aangekondigd. Want Jezus is vol liefde en vol aandacht voor alle mensen. Hij veroordeelt niet, en verkondigt een Blijde Boodschap die helemaal niets te maken heeft met een straffende God, maar alles met een God van liefde en vrede. Eigenlijk is het dus niet te verwonderen dat Jezus over Johannes zegt: ‘Er is niemand opgetreden die groter was hij, maar in het koninkrijk van de hemel is de kleinste nog groter dan hij.’ Met andere woorden: Johannes de Doper is de belangrijkste profeet van het Oude Testament, omdat hij Jezus heeft aangekondigd, maar in het Nieuwe Testament stelt hij niets voor, omdat hij zich niet kan losmaken van het beeld van de straffende God en de al even straffende Messias.

Net als Johannes de Doper hebben ook wij het vaak moeilijk met loslaten, dus is het goed dat we in de advent aangespoord worden om een andere weg te gaan. Een weg los van onszelf, een weg die leidt naar God en naar onze medemensen. ‘Maak slappe handen sterk, geef kracht aan knikkende knieën. Spreek tot allen die de moed verloren hebben, want dan gaan de ogen van de blinden weer open en worden de oren van de dove geopend,’ zegt Jesaja in de eerste lezing. Die Blijde Boodschap verkondigt ook Jezus in het evangelie. De Boodschap die ons aanzet nieuwe wegen te gaan. De wegen van barmhartigheid, en van aandacht voor onze medemensen in nood, en die zijn ook in onze buurt. Mensen die verblind zijn door miserie, die niet meer weten welke weg ze kunnen gaan, die ziek zijn van eenzaamheid, van ellende, van armoede.

Zusters en broeders, de Blijde Boodschap die Jezus uitdraagt komt niet uit een of ander goedkoop stationsromannetje, maar is een Boodschap van God zelf die ons aanzet om  de woorden en daden van Jezus in de werkelijkheid om te zetten. De werkelijkheid van deze tijd. De werkelijkheid van ons leven en dat van onze medemensen. Doen wij dat? Brengen wij in woord en daad de Blijde Boodschap van liefde en vrede aan onze medemensen, zeker aan mensen in nood? Laat onze bijdrage aan Welzijnszorg daar een heel positief antwoord op zijn. Amen.

Download dit document

Intekenen voor de wekelijkse overwegingen

captcha