Jaar 2016-2017 Cyclus A
  • Eerste lezing:Openbaring 7, 2-4.9-14
  • Evangelie:Mattheus 5, 1-12a

Zusters en broeders,

Een engel die opstijgt met de zegel van de levende God, vier engelen die de macht hebben om de aarde te beschadigen, honderdvierenveertig duizend dienstknechten uit alle stammen van Israël van wie het voorhoofd getekend is met het zegel, een menigte die zo groot is dat niemand ze kan tellen, uit alle rassen en stammen en volkeren en talen: allen staan ze rond de troon en aanbidden ze God, die lof is en heerlijkheid, wijsheid en dank, eer en macht, en sterkte in tijd en eeuwigheid.

Zo klinkt het in de eerste lezing uit het boek Openbaring van de apostel Johannes. Hij voert ons binnen in een onbekende wereld, die we niet eens kunnen begrijpen, maar die ons wel kan inspireren. Want die honderdvierenveertig duizend dienstknechten en die ontelbare menigte die God aanbidden met lovende en dankende woorden is een spiegel voor ons. Doen wij dat ook? En zullen de engelen ook op ons voorhoofd Gods zegel tekenen, zodat ook wij in zijn aanschijn kunnen treden? En om het ons vandaag zeker af te vragen: horen wij bij de aller-heiligen die wij nu vieren?

Want wat is ‘aller-heiligen’? Gaat het om de heiligen tot wie wij ons wenden als we in de problemen zitten? Tot Maria, de Moeder van Jezus en ook onze Moeder. En tot de heilige Antonius als we iets kwijt zijn. Hebben we familiale problemen, dan rekenen we op de heilige Rita. En Sint-Hubertus is de patroonheilige van de jagers en van het genezende hubertusbrood. Er zijn nog ontelbaar veel andere heiligen die aanbeden en vereerd worden om iets te verkrijgen, om hulp in te roepen, om te genezen en om ik weet niet wat nog allemaal.

Maar dat zijn niet de enige heiligen die we vandaag vieren en gedenken. Nee, het gaat om de honderden miljoenen mensen die niet op de heiligenkalender en in de geschiedenisboeken staan. Grote en kleine, rijke en arme, zieke en gezonde mensen van alle tijden, dus ook van vandaag. En ze zijn heilig omdat ze leefden of leven volgens het gebod dat Jezus ons vorige zondag heeft geleerd, en dat gebod is: Bemin God bovenal, en bemin uw naaste zoals uzelf. Dat is de grondwet van ons geloof, en als we volgens dat gebod leven, zijn we goed op weg om heilig te zijn. Want om heilig te worden of te zijn moet je geen straffe dingen doen of buitengewoon vrome mensen zijn, nee, je moet alleen leven volgens dat ene gebod. Vandaag wijst Jezus daar in zijn acht Zaligsprekingen directe wegen voor aan. Als we die wegen gaan, dan zijn we zalig. Anders gezegd: dan zijn we gelukkig omdat we de weg gaan die Jezus ons heeft aangewezen en voorgeleefd.

Zalig de armen van geest, is de eerste weg die hij aanwijst. En Hij bedoelt daar helemaal niet mee dat we sukkelaars moeten zijn met zo’n beperkt verstand dat we niet eens kunnen nadenken. Nee, zeker niet. Wat Hij wél bedoelt, is dat we nederig zijn, geen dikke nekken die altijd gelijk hebben, die alleen in onszelf geloven, en naar wie iedereen moet opkijken, want wij zijn de knapste, de machtigste, de beste, de rijkste. Niet doen, zegt Jezus. Wees arm van geest, wees nederig, zodat je getroost kan worden als dat nodig is, en zodat je vriendelijk en zachtmoedig bent. Wees rechtvaardig in je doen en denken, en even barmhartig voor je medemensen als God genadig is voor u. En wees zuiver van hart, zodat je betrouwbaar bent, zodat je geen dingen doet die het daglicht niet mogen zien, en zodat je ook kunt streven naar vrede met je medemensen en in de wereld. En als je wordt tegengewerkt in uw geloof, wees dan zeker dat mijn Vader altijd bij u zal zijn.

Zusters en broeders, is aller-heiligen ook ons feest? Proberen we echt te leven naar dat ene gebod en naar die prachtige Zaligsprekingen? Laten we dat proberen doen, met vallen en opstaan, want volmaakt zijn we zeker niet. Alleen dan zullen we deel uitmaken van de ‘grote menigte die niemand kan tellen, uit alle rassen en stammen en volkeren en talen’, en zullen we gezegend zijn met het teken van de Heer onze God op ons voorhoofd, en zullen we staan voor zijn troon om Hem te aanbidden en te danken. Hij die lof is en heerlijkheid, wijsheid en dank, eer en macht, en sterkte in tijd en eeuwigheid. Amen.

Download dit document

Intekenen voor de wekelijkse overwegingen

captcha