Jaar 2008-2009 Cyclus B

 

 

Bezinning bij / surfen naar:

 


Zusters en broeders,

Johannes de Doper: zijn naam klinkt als een klok. We weten dat hij een profeet is die niet bang is voor een donderpreek, die farizeeën en sadduceeën uitscheldt voor addergebroed en vooral: die een doopsel van bekering tot vergeving van de zonden preekt. Vandaar zijn naam: de Doper. In het Oude Testament is er nergens sprake van enig doopritueel. Johannes is dus de eerste die dat doet: mensen dopen. En van overal stromen ze toe: uit Jeruzalem, uit heel de landstreek Judea en uit de omgeving van de Jordaan, want daar is het dat Johannes preekt en doopt: aan en in de Jordaan.  

En zie, tussen al die mensen die tot inkeer willen komen, tussen zondaars en allen die zich belast en beladen weten door het negatieve in het leven en in henzelf, schuift ook Jezus aan. Hij is helemaal uit het noorden, uit Galilea, gekomen om zich aan te sluiten bij hen die naar vernieuwing en bekering streven. Waarom Hij dat doet, is niet duidelijk. Hij heeft immers geen bekering nodig, want Hij is Gods eigen Zoon. En toch laat Hij zich dopen. Misschien uit sympathie voor Johannes en zijn boodschap, misschien omdat Hij van bij het begin solidair wilde zijn met de kleinen en de zwakken, misschien ook als symbool voor de wending die zijn leven neemt: na zijn doopsel begint immers zijn openbaar leven. Een leven in dienst van zijn Vader en ten dienste van de mensen, met een bijzondere aandacht voor de kleine, zwakke, niet-meetellende, niet-gerespecteerde, arme en zieke mens. Dat alles onder de hoede van Zijn Vader, die Hem zijn veelgeliefde Zoon noemt in wie Hij vreugde vindt. 

Zusters en broeders, ook wij werden gedoopt, ook wij zijn Gods veelgeliefde kind, en het is aan ons om ervoor te zorgen dat Hij ook in ons vreugde vindt. Johannes de Doper scheldt de farizeeën en de sadduceeën uit omdat ze ervan overtuigd zijn dat ze goed zijn omdat ze van Abraham afstammen. Meer moet dat volgens hen niet zijn. Hun afstamming is voldoende. Enfin, dat denken ze toch. Johannes duwt hen echter met de neus op de feiten: ‘De bijl ligt al aan de wortel van de boom’, zegt hij. ‘Iedere boom die geen goede vruchten draagt, wordt omgehakt en in het vuur geworpen.’ Ik zei het al, Johannes de Doper was niet bang voor een donderpreek en een dreigement, maar de kern van wat hij zegt, is wel juist: de farizeeën en de sadduceeën zijn niet automatisch goed omdat ze van Abraham afstammen. Zo zijn ook wij niet automatisch goed omdat we gedoopt zijn. Ons doopsel is geen eenmalig gebeuren dat automatisch goedheid en rechtvaardigheid garandeert, maar iets wat elke dag moet bevestigd worden. Je weet, elk jaar met Pasen hernieuwen we onze doopbeloften, en dat is een mooi gebruik. Maar het wordt pas zinvol als we die beloften elke dag tot leven brengen. Door te leven als christenen, dus als mensen die Jezus’ woorden en daden willen navolgen. 

Zusters en broeders, in alles is Jezus mens geweest zoals wij: Hij is geboren zoals wij, Hij heeft geleefd zoals wij, en Hij is gestorven op een manier die ik niemand toewens. En Hij heeft zich laten dopen. Zoals wij. En daarna heeft Hij zijn doopsel elke dag opnieuw bevestigd: Hij zette zijn eigen boodschap van ‘God beminnen en zijn naaste beminnen’ elke dag om in de praktijk, en Hij had daar alles voor over, zelfs zijn leven. Om dat alles noemde God Hem zijn veelgeliefde Zoon in wie Hij vreugde vond. Ook in ons kan God vreugde vinden, als ook wij Jezus’ enige boodschap van ‘God beminnen en onze naaste beminnen’ elke dag opnieuw beleven. Naar het voorbeeld van Jezus, met bijzondere aandacht dus voor de kleine, zwakke, niet-meetellende, niet-gerespecteerde, arme en zieke mens. Met zijn steun en in zijn naam moet dat lukken. Amen.  

Download deze preek in Microsoft Word formaat

 

Intekenen voor de wekelijkse overwegingen

captcha