Jaar 2015-2016 Cyclus C

 

‘Hoelang moet ik nog roepen, Heer, terwijl Gij maar niet luistert? Hoelang moet ik de hemel nog geweld aandoen, terwijl Gij maar geen uitkomst brengt? Waarom laat Gij mij onrecht lijden en ziet Gij die ellende niet aan? Waarom moet ik lijden te midden van geweld en verdrukking, en waarom rijst er twist en moet men lijden onder tweedracht?’

Zusters en broeders, het zijn vragen van de profeet Habakuk,  een profeet die we maar één keer om de drie jaar horen, en dat is op de 27e zondag door het jaar C, dus vandaag. Veel heeft hij ook niet geschreven: in de meer dan 1700 bladzijden die het Oude Testament telt, beslaat zijn bijdrage niet eens vijf volle bladzijden. Hij leefde zo’n 2600 jaar geleden, maar dat zou je niet zeggen, want ‘hoelang nog’ en ‘waarom’ zijn vragen die ook wij stellen. Hoelang gaat die miserie nog duren? Hoelang moet ik nog wachten voor God naar mij wil luisteren? Hoelang moet ik nog afzien? Hoelang duren al die oorlogen nog? Hoelang nog hebben veertig miljoen kinderen geen thuis meer? Waarom doet God niets aan al die miserie? Waarom straft God die fundamentalistische moordenaars niet? Veel mensen leven er maar op los. Ze houden rekening met God noch gebod, en toch overkomt hen niets. En ik die zo mijn best doe om christelijk te leven, ik sukkel van de ene miserie in de andere. Waarom moet mij dat overkomen en waarom worden die anderen niet getroffen?

Het zijn vragen van vandaag, van gisteren, van morgen, van altijd. Vragen waarop we geen antwoord krijgen. Of misschien krijgen we wel een antwoord, maar zien of horen we het niet omdat we een ander antwoord verwacht en gewenst hadden.

Dat is wellicht wat ook Habakuk overkomt. ‘Geef het wachten niet op, want het antwoord zal komen,’ zegt God de Heer tegen hem. En dat antwoord is dat ‘hij die in zijn hart niet deugt zal bezwijken, terwijl de rechtvaardige blijft leven door zijn trouw.’

Het is een merkwaardig antwoord, maar het sluit naadloos aan bij de vraag van de apostelen aan Jezus. ‘Geef ons meer geloof’, vragen ze. En Jezus antwoordt: ‘Als je het geloof had van een mosterdzaadje, zou die moerbeiboom zich op jouw bevel in zee planten. Anders gezegd: je  zou het onmogelijke mogelijk maken, en zo zouden de waarom- en de hoelang nog-vragen toch een antwoord krijgen.’

Want het ‘meer geloof’ waar de apostelen om vragen komt neer op meer geloof in Jezus. Een geloof dat zo sterk is dat het bergen verzet. Bergen van liefde en van vrede, bergen van gerechtigheid en barmhartigheid, bergen van meevoelen en meewerken. Bergen die leiden naar de weg van Jezus, de weg van God de Heer. Wanneer iedereen die weg zou gaan, zou er geen onrecht zijn, geen oorlog, geen burgeroorlog, geen vreselijke zelfmoordaanslagen, geen bombardementen van steden en dorpen, geen zestig miljoen vluchtelingen, geen veertig miljoen thuisloze kinderen. Dan zou er alleen maar vrede zijn, en gerechtigheid en begrip en inzet.

‘Heb geduld en blijf vertrouwen’, zegt God de Heer. ‘Laat je geloof zo sterk zijn als dat van een mosterdzaadje’, zegt Jezus, ‘want dan wordt het een geloof dat bergen verzet. Blijf niet bij een passief geloof, een geloof van bidden en niets doen, maar een geloof dat zich inzet voor anderen.’ Wat Jezus bedoelt blijkt uit zijn parabel over de knecht die thuiskomt van zijn dagwerk: zijn werk is niet af, nee, hij moet verder werken door zijn  heer te dienen. Zo is ook geloof: het stopt nooit, het is nooit gearriveerd, het gaat altijd door op de weg van God, van Jezus.

Zusters en broeders, ieder van ons heeft zijn hoelang nog- en waarom-vragen. En net als tegen Habakuk zegt God de Heer ook tegen ons: Heb geduld en wees een goed mens, want anders stelt je leven niets voor.  Wees dus geen mistevreden mens,  geen oneerlijke mens die onrecht begaat tegen zijn medemensen, geen hebzuchtige mens die uit is op macht en op eigen groot gelijk. Ook Jezus beklemtoont dat geloof meer is dan bidden en smeken. Het is leven naar zijn voorbeeld, er zijn voor God en voor elkaar. Moge dat ons eigen antwoord zijn op onze hoelang nog- en waarom-vragen: dat we leven voor God en voor elkaar. Amen. 

Download dit document in Word-formaat

Intekenen voor de wekelijkse overwegingen

captcha