Zusters en broeders,
Ik ben bijna zeker dat je dit evangelie herkent. We hoorden het immers ook op de tweede zondag van de veertigdagentijd, en dat is nog niet zolang geleden. Het is ook een heel merkwaardig verhaal. Jezus brengt Petrus, Johannes en Jacobus boven op een hoge berg, en dat zijn niet de minsten onder de apostelen: Petrus is de rots waarop Jezus zijn Kerk zal bouwen, Johannes wordt de schrijver van het vierde evangelie, en zijn broer Jacobus is de eerste apostel die vermoord wordt omwille van zijn geloof. Al eeuwenlang trekken ontelbaar veel mensen op bedevaart naar Compostella, waar hij begraven is. En voor de ogen van die drie apostelen verandert Jezus van gedaante. ‘Zijn gelaat begon te stralen als de zon en zijn kleed werd glanzend als het licht,’ zo horen we in het evangelie. Bovendien verschijnen ineens Mozes en Elia, twee heel belangrijke profeten uit het Oude Testament, die met Jezus een gesprek aangaan.
Heel zeker worden de drie apostelen sterk aangegrepen door wat ze zien, maar even zeker zijn ze ook heel gelukkig Een week voordien immers had Jezus gezegd dat Hij in Jeruzalem door toedoen van de oudsten, de hogepriesters en de schriftgeleerden ter dood zou worden gebracht. Petrus had zich daar fel tegen verzet, Jezus had hem scherp veroordeeld om dat verzet, en eraan toegevoegd: ‘Wie achter Mij wil komen, moet zichzelf verloochenen, zijn kruis opnemen en Mij volgen.’ En nu zagen de drie apostelen dat het kruis niet het einde is, maar het begin van nieuw en eeuwig leven. Goddelijk leven voor Jezus.. Het is dus niet te verwonderen dat Petrus dit moment wil vastleggen, en dat hij tenten wil bouwen op de berg, zodat Jezus niet meer naar beneden gaat en niet doorheen pijn, lijden en dood naar zijn eeuwige goddelijkheid moet gaan.
Maar dan klinkt er een stem uit een lichtende wolk: ‘Dit is mijn geliefde Zoon. In Hem vind Ik vreugde. Luister naar Hem.’ Dezelfde stem en dezelfde woorden had Johannes de Doper gehoord bij de doop van Jezus. Nu horen ook de apostelen die stem, en wat ze horen laat er geen twijfel over bestaan: ‘Luister naar mijn geliefde Zoon’, zegt God de Heer.
Dat zegt Hij ook tegen ons, dus is het goed dat we ons afvragen of we dat ook doen: naar Jezus luisteren. We weten zeer goed dat zulk luisteren veel meer is dan gewoon maar luisteren naar zijn verhalen en zijn parabels, maar dat het betekent dat we ons kruis willen opnemen en Hem willen volgen. En dat kruis opnemen wil niet zeggen dat we, net zoals Hij, gekruisigd zullen worden, maar wel dat we het kruis van ons egoïsme en eigenbelang opnemen, en dat we ons daartegen verzetten. En ook het kruis van onze kleinheid, onze tekorten en ons gebrek aan geduld en aan inzet als op ons beroep wordt gedaan. En ook het kruis van onze tegenslagen, van onze confrontatie met ziekte en dood, van alle problemen en alle miserie waarmee we te maken kunnen krijgen.
Zusters en broeders, God de Heer heeft aan niemand een probleemloos bestaan beloofd, niet aan Jezus en niet aan ons. Hij belooft alleen dat Hij er is, in goede en in kwade dagen. Zo was Hij er voor Jezus, zo is Hij er voor ons. Moge het feest dat we vandaag vieren ons vertrouwen in onze goede God alleen maar versterken. Moge Jezus onze bron zijn, zodat we aanvaarden wat God de Heer van ons verlangt, en dat is dat we leven naar Jezus’ woorden en daden van liefde, vrede, gerechtigheid en barmhartigheid, en dat we niet alleen voor onszelf, maar ook voor onze medemensen willen leven. Moge dat ónze gedaanteverandering zijn: dat we ons inspannen om goede christenen te zijn, in goede en in kwade dagen. Amen.