Jaar 2008-2009 Cyclus B

Bezinning bij / surfen naar:

  • Daniël 7, 13-14
  • Johannes 18, 33b-37

    Zusters en broeders,

    Jacob van Maerlant: ik weet niet of de naam u iets zegt. Hij leefde in Damme, in de 13e eeuw, en hij schreef heel wat wetenschappelijke boeken. Veel van die boeken waren bewerkingen van al bestaande Latijnse werken, maar zijn bewerkingen waren zo persoonlijk dat het toch zijn eigen werk werd. En hij schreef niet in het Latijn, wel in het Nederlands. Hij was de eerste Europeaan die dat deed: wetenschap in zijn eigen moedertaal schrijven. Een van zijn werken heeft als titel: ‘Heimelijkheid der heimelijkheden’. Hij schreef het in opdracht van Floris V, graaf van Holland, Zeeland en Friesland, en het is een handleiding over hoe een vorst dient te regeren. Van Maerlant beklemtoont dat zijn macht een uiting moet zijn van wijsheid, goedheid, rechtvaardigheid, voorzichtigheid, waarheid, grootmoedigheid en trouw. Het klinkt ons heel bekend in de oren, want het doet denken aan Jezus’ zaligsprekingen, en dat is niet verwonderlijk, want Van Maerlant was een diepgelovige christen. Veel heeft zijn raad er niet toe gedaan, want Floris V wilde zijn macht alleen maar versterken, en als hij dat nodig vond, ging hij daarbij moeiteloos over lijken.

    Ongeveer 250 jaar na Van Maerlant schreef de Italiaan Machiavelli ‘Il principe’, ook al een handleiding voor een vorst, en daarin klinkt het helemaal anders. Bij Machiavelli staat oorlogvoering centraal, ook in vredestijd, en een vorst moet alleen in schijn edelmoedig, zachtmoedig en menslievend zijn. In werkelijkheid moet hij dat helemaal niet zijn, integendeel, hij moet wreed en sluw zijn, en niet bang voor woordbreuk. Want het enige wat telt, is macht, en daar moet de vorst alles voor over hebben. Niet voor niets is Machiavelli’s ideale vorst Cesare Borgia, de zoon van de toenmalige paus Alexander VI, en een van de wreedste heersers uit zijn tijd.

    In het evangelie van vandaag staan die twee koningsbeelden rechtstreeks tegenover elkaar. Pilatus belichaamt Machiavelli’s koning. Ik weet het, het blijkt niet uit de Bijbel, maar Pilatus was een extreem wreedaardig man, zo wreedaardig dat zelfs de overheden in Rome het te bar vonden, en dat wil wat zeggen, want inzake wreedheid kenden de Romeinen geen grenzen. Maar Pilatus was blijkbaar nog wreder dan die ‘geen grenzen’, met als gevolg dat hij in het jaar 36 geschorst werd als landvoogd. Tegenover hem staat Jezus, in wie we zonder moeite de vorst volgens Van Maerlant herkennen. En natuurlijk herkennen we Van Maerlant; Jezus zelf ligt immers aan de basis van zijn koningsbeeld. En Jezus zegt: ‘Mijn koningschap is niet van deze wereld’, want Hij gaat niet voor macht en geweld, maar voor liefde en vrede. En ook sluwheid is niet aan Hem besteed, want Hij is in de wereld gekomen om getuigenis af te leggen van de waarheid. Wie naar zijn woorden luistert en Hem wil volgen in zijn daden, stelt zich open voor God en leeft in God.

    Zusters en broeders, Jezus’ koningschap is niet van deze wereld, maar toch moet het op deze wereld volbracht worden. In de eerste lezing zag de profeet Daniël in een visioen hoe, te midden van de wreedheid van de wereld, iemand verscheen die op een mens geleek. Die Iemand is God zelf, die in de persoon van Jezus als mens onder ons is komen wonen. Een goddelijke Koning in mensengedaante, niet gekomen voor macht en heerschappij, maar om de wereld leefbaar te maken voor alle mensen. Het is aan ons te kiezen voor welk koningschap we gaan: voor dat van Machiavelli en Pilatus, of voor dat van Van Maerlant en Jezus. Ik denk te mogen zeggen dat we gekozen hebben voor dat laatste, want anders zouden we hier niet zitten. Wij willen dus meewerken aan dat koningschap dat niet van deze wereld is, maar dat toch in deze wereld tot stand moet komen. En koninklijk meewerken doen we wanneer we ons inzetten voor het geloof; wanneer we niet leven voor ‘ikke’, maar voor de ander; wanneer we oog en hart hebben voor mensen in nood; wanneer we niet kiezen voor ‘meer hebben’, maar voor ‘beter mens worden’; wanneer we barmhartig zijn en vrijgevig in het goede. Wanneer we nooit de moed verliezen, maar altijd blijven hopen en geloven dat het leven sterker is dan de dood, en dat God ons draagt, elke minuut van ons bestaan.

    Zusters en broeders, in de mate dat we ons inzetten voor het goede, voor liefde, vrede en gerechtigheid, in die mate zijn we koninklijk bezig mee te werken aan het koningschap van Jezus dat niet van deze wereld is, maar dat zich toch in deze wereld voltrekt. En in die mate ook is het feest van Christus Koning ook ons eigen feest. Ik wens ons dit allen toe: dat we even koninklijk bezig zouden zijn als Jezus zelf. Amen.

Download deze preek in Microsoft Word formaat

Intekenen voor de wekelijkse overwegingen

captcha