Jaar 2010-2011 Cyclus A


Bezinning bij / surfen naar:

Zusters en broeders,

Vandaag begint de 40-daagse vasten. 40 is een getal dat dikwijls opduikt in de Bijbel. Aan het einde van de zondvloed bijvoorbeeld moest Noach 40 dagen en nachten wachten tot de ark openging. Mozes verbleef 40 dagen en nachten op de Sinaïberg om er de Tien Geboden te ontvangen. De Israëlieten trokken 40 jaar door de Sinaïwoestijn.. Elia ging 40 dagen en nachten tot aan de berg van God, de Horeb. Jona preekte in Ninive dat de stad over 40 dagen verwoest zou worden. En Jezus verbleef 40 dagen in de woestijn, waarna de duivel probeerde Hem van zijn zending weg te lokken. Dikwijls heeft 40 dus te maken met vasten en boetedoening: Mozes, Elia, Jezus eten en drinken 40 dagen en nachten niets.

Maar laten we wel wezen: niemand overleeft 40 dagen zonder eten of drinken, zeker niet in de woestijn. Vasten betekent dus helemaal niet jezelf uithongeren. Ik weet het, de moslims zien dat anders, maar ik wil daar toch iets bij vertellen. Een paar jaar geleden maakte ik tijdens de Ramadan met een groep toeristen een Nijlcruise. Elke nacht om 2 uur stond onze Egyptische gids op om te eten, want volgens hem moest het eten al verteerd zijn tegen zonsopgang. Overdag ging hij voortdurend in de brand hete zon zitten. Blijkbaar wou hij zichzelf en ons bewijzen welke goede moslim hij wel was. Maar na een paar dagen was hij helemaal geen goede gids meer, en begon hij meer en meer te blunderen en te dazen. In het hotel in Cairo waar onze reis eindigde, verdwenen er elke dag chips, koekjes en chocolade uit onze kamers. Om 5 uur werden rond zwembad lange tafels aangesleept, en om 6 uur stroomden feestelijk uitgedoste mensen samen die aan een ware schranspartij begonnen. Ze waren geen uitzondering, integendeel, vorig jaar las ik dat elke dag tijdens de Ramadan meer en meer eindigt in een feestmaal van 5 tot 8 gangen. Mensen steken zichzelf zelfs zwaar in de schulden om die feesten te kunnen betalen. De imams klagen steen en been, maar niets helpt: de Ramadan is in de Arabische wereld één lang carnavalsfeest geworden. Vasten is dus niet jezelf uithongeren, want dat is nergens goed voor, op geen enkel gebied. Maar wat is vasten dan wel? En wat is de betekenis van Aswoensdag?

Het askruisje heeft een dubbele betekenis: het herinnert ons vooreerst aan onze eindigheid. We zijn als mens niets meer dan stof en as. En verder is as in het Oude Testament ook een reinigend symbool. Zondaars bijvoorbeeld moeten zichzelf besprenkelen met as van verbrande offerdieren. Aswoensdag is dan weer gegroeid uit de solidariteit met de zondaars. Die kregen een zware boetedoening opgelegd, en uit solidariteit trok de hele gemeenschap een boetekleed aan en strooide ieder zich wat as op het hoofd. Dat is dus de kern van Aswoensdag en van de vasten: besef van onze eindigheid, versobering, reiniging en solidariteit. In het evangelie spreekt Jezus over gerechtigheid, liefdadigheid en bidden. Daar draait het om. Niet om spektakel, wel om echtheid. ‘Doe het in het verborgene’, zegt Jezus, ‘en uw Vader, die in het verborgene ziet, zal het u vergelden.’

Moge dat onze vasten zijn: een besef van onze eindigheid, een terugkeer naar onszelf en naar God, een tijd van versobering, van bidden en bezinning, en van gerechtigheid en solidariteit. Amen.

Download deze preek in Microsoft Word formaat

Intekenen voor de wekelijkse overwegingen

captcha