Jaar 2011-2012 Cyclus B

Bezinning bij / surfen naar:

  • Deuteronomium 18, 15-20
  • Marcus 1, 21-28

    ‘De Heer heeft mij gezegd: Ik zal uit hun broeders een profeet doen opstaan. Ik zal hem mijn woorden in de mond leggen en hij zal hun alles zeggen wat Ik hem opdraag.’

     Zusters en broeders, ik denk dat de inwoners van Kafarnaüm aan deze woorden uit de eerste lezing dachten toen ze Jezus voor het eerst in hun synagoge bezig hoorden en bezig zagen. Hij is iemand uit hun midden, zoals beloofd in de profetie, en er worden Hem woorden in de mond gelegd zoals ze die nog nooit gehoord hebben. Dus zijn ze ‘buiten zichzelf van verbazing over zijn leer, want Hij onderrichtte hen niet zoals de schriftgeleerden, maar als iemand die gezag bezit.’ Zo staat het letterlijk in de evangelielezing die we net hoorden. Alleen maar spijtig dat Marcus niets vertelt over wat Jezus precies zegt. Wat bracht de mensen buiten zichzelf? Welke woorden maakten hen zo enthousiast? We hebben er het raden naar, maar ik vermoed dat Jezus gezegd heeft dat God geen straf en geen wraak en geen dreiging is, maar dat Hij liefde is, en een goede Vader en Moeder voor al zijn schepselen. En wellicht heeft Jezus ook gezegd dat alle mensen Gods kinderen zijn, en dus broers en zussen van elkaar. En misschien heeft Hij er nog aan toegevoegd dat er maar één gebod is, en geen 613 onmogelijk na te leven geboden en verboden. Want we weten dat de kern van zijn boodschap is: God is liefde. En verder: Bemin God bovenal en uw naaste gelijk uzelf. Wellicht bracht die Blijde Boodschap de inwoners van Kafarnaüm buiten zichzelf van vreugde. 

    En dan is er die man die in de macht is van een onreine geest, en die helemaal niet blij is met Jezus. ‘Wat hebt Gij met ons te maken?’ schreeuwt hij. ‘Gij zijt gekomen om ons in het verderf te storten.’ ‘Ons’ zegt hij, en dat is merkwaardig. In wiens naam spreekt hij immers? In naam van alle toehoorders of in naam van allen die bezeten zijn? Wel, ik denk dat hij voor zichzelf spreekt en ook voor de onreine geest door wie hij bezeten is. Dus is hij met zijn tweeën. En misschien zitten we nu met nogal wat ongeloof te luisteren, want zeg nu zelf: van de duivel of van een onreine geest bezeten: we hebben het nog niet dikwijls meegemaakt in ons leven. En duiveluitdrijvers: daar kunnen we ons alleen maar vrolijk over maken. Want om te geloven in bezetenheid en kwade geesten: daar zijn we net iets te knap voor. 

    Hoewel, misschien, wie weet … Misschien komt bezetenheid wel meer voor dan we denken en beseffen. Om maar één voorbeeld te geven: heel veel jongeren zijn compleet bezeten door hun gsm, hun iPod, hun Facebook, hun Youtube. Ze moeten zonder ophouden sms’en en twitteren en op het internet surfen. Ze zijn er echt aan verslaafd, ze verwaarlozen er hun studies en hun vrienden door. Ze zijn erdoor bezeten, voor niemand bereikbaar, en zeg je er iets over, dan krijg je gegarandeerd als antwoord dat dit nu eenmaal hun wereld is, en dat jijzelf veel te oud bent om dat te kunnen begrijpen. Ik denk dat die dingen voor de meesten onder ons zeer heel herkenbaar zijn. 

    Met andere woorden: bezetenheid is helemaal geen voer voor goedgelovige mensen. Bezetenheid is iets waarmee we elke dag te maken krijgen. Want niet alleen jongeren, maar alle mensen, ook wij, kunnen door zowat alles bezeten zijn: door geld, door macht, door fundamentalisme, door seks, door een man of een vrouw, door haat, door drugs, noem maar op. En door wie of wat ook: bezetenheid isoleert iemand, doet iemand volledig op zichzelf terugplooien, en zorgt ervoor dat hij of zij niet gestoord wil worden. Net zoals die man in de synagoge dus. Want wie verslaafd is aan iets of iemand, wil alleen nog die verslaving kennen en in die bezetenheid leven. En ook dat is heel herkenbaar. 

    Zusters en broeders, zoals altijd moeten wij ons afvragen waar wijzelf in dit Bijbelverhaal staan. Wie zijn wij in de synagoge van Kafarnaüm? Zijn wij buiten onszelf van geluk omdat we in Jezus een profeet herkennen in wie het gelaat van God zichtbaar wordt? Of zijn we liever die bezetene? Hij weet heel goed dat Jezus de Heilige van God is, maar toch blijft hij liever opgesloten in zijn verslaving. En wat doen wij? Kiezen wij voor het leven, kiezen wij voor de vrijheid en de vreugde van de Blijde Boodschap, of kiezen wij voor onszelf en onze eigen kwalijke eigenschappen? 

    Het is iets om over na te denken. Amen. 

Download deze preek in Microsoft Word formaat

Intekenen voor de wekelijkse overwegingen

captcha