Jaar 2011-2012 Cyclus B

Bezinning bij / surfen naar:

  • Job 7, 1-4.6-7
  • Marcus 1, 29-39

     

    Zusters en broeders,

    Misschien is het je niet opgevallen, maar de eerste lezing was een stukje uit het boek Job. Uit dat boek lezen we maar eens om de drie jaar: vandaag dus, en ook nog eens in juni, op de twaalfde zondag door het jaar. Ik weet niet in hoever je dat boek kent, maar het vertelt in grote lijnen het volgende: Job is een uitzonderlijk rijk en vroom man. Hij heeft zeven zonen en drie dochters, en een veestapel en lastdieren van telkens duizenden stuks. Zijn vroomheid steekt de ogen uit van Satan. Die zegt tegen God: ‘Nogal wiedes dat Job zo vroom is; Hij heeft immers alles aan U te danken. Als het hem eens tegenzat, zou hij wel anders zingen.’ Daarop geeft God aan Satan de toestemming om zijn ding te doen met Job. En Satan doet zijn ding: op één en dezelfde dag verliest Job zijn hele hebben en houden, en komen ook zijn kinderen om het leven. Maar hij blijft trouw aan God, en daarom overdekt Satan hem van kop tot teen met zweren. Wij zouden zeggen: Job is melaats, of: Job heeft de pest. Zijn vrouw zegt nu dat hij God moet vervloeken en moet sterven, maar Job weigert ook maar één lelijk woord over God te zeggen. Nochtans is hij radeloos. Dat merkten we in de lezing: de wanhoop en het gevoel een waardeloos leven te leiden springen zo uit de regels. Job kent alleen nog slapeloze nachten en dagen vol rusteloos gepieker. ’s Nachts verlangt hij naar de morgen, en ’s morgens naar de nacht, want alles is toch maar ziekte en rusteloosheid en ellende. Zonder ophouden wordt hij heen en weer geslingerd tussen wanhoop en radeloosheid. Op een bepaald moment wordt het hem toch te gortig. Hij beschuldigt God dat Die hem onrechtvaardig straft voor zonden die hij niet begaan heeft. Maar nadien valt hij terug op zijn pootjes en slikt hij die woorden weer in. Zijn trouw aan God haalt dus de bovenhand. Satan moet zijn nederlaag erkennen, en Job wordt opnieuw gezegend met zeven zonen en drie dochters, en met een rijkdom die dubbel zo groot is als voor zijn beproeving.

    Het boek Job gaat dus over het menselijk lijden, vooral over lijden dat totaal onverdiend en ongezocht is. Hoe gaan we daar als mens mee om? Tegen God in opstand komen lijkt weinig zinvol, en het brengt ook geen zoden aan de dijk. Dat leert ons het boek Job. Maar misschien kunnen we eens zien hoe Jezus ermee omging. Vandaag geneest Hij de schoonmoeder van Petrus, en er is iets in dat verhaal wat me bijzonder opvalt. Jezus gaat met Jacobus en Johannes naar het huis van Petrus en Andreas. Petrus’ schoonmoeder is ziek, en dan komt het: ‘zij spraken Hem aanstonds over haar.’ En even verder lezen we: ‘In de avond, na zonsondergang, bracht men allen die lijdend of bezeten waren bij Hem.’ Met andere woorden, het zijn de naasten die voor de zieken instaan, en die om genezing vragen. Ik denk dat dit een sterke vingerwijzing is: dat we zieke mensen, en in uitbreiding: oude mensen, eenzame mensen, arme mensen, mensen die niet meer voor- of achteruit kunnen niet aan hun lot mogen overlaten. Wij moeten spreken voor hen die niet meer kunnen spreken, wij moeten zorgen voor hen die niet voor zichzelf kunnen zorgen, of dat nu onze ouders, onze kinderen, onze familie of onze buren zijn. Of ook mensen ver van ons weg, mensen die in Afrika, Azië en Latijns-Amerika dikwijls in onmogelijke omstandigheden moeten leven.

    Zusters en broeders, het verhaal van Job is een verhaal van alle tijden, dus ook van onze eigen tijd. De vraag naar het waarom van lijden en pijn zal altijd gesteld worden, en nooit zal iemand er een afdoend antwoord op kunnen geven. Maar in het evangelie van vandaag vinden we wél een weg om met dat lijden om te gaan. Die weg bestaat erin dat we zieken en lijdenden, kortom, mensen in nood, niet aan hun overlaten. Die zorg voor onze medemens is een van de twee pijlers van ons christen zijn. De andere pijler is die welke direct naar God reikt. Of om het met Jezus enige gebod te zeggen: ‘Bemin God bovenal en uw naaste gelijk uzelf.’ Daar zit inderdaad alles in, ook onze omgang met mensen in nood. Amen.

     

Download deze preek in Microsoft Word formaat

Intekenen voor de wekelijkse overwegingen

captcha