Jaar 2012-2013 Cyclus C

 

Zusters en broeders,

Het zijn geen vrolijke, wel sombere dingen die we hoorden in de eerste lezing en in het evangelie. In de eerste lezing belooft de profeet Maleachi geen mooi leven na de dood aan hen die in hoogmoed leven en zich slecht gedragen. Niets zal overblijven van hen. In het evangelie geeft Jezus een beeld van de toekomst. Eerst voorspelt Hij de verwoesting van de tempel in Jeruzalem, en wanneer de leerlingen Hem vragen wanneer dat zal gebeuren, antwoordt Hij daar eigenlijk niet op. Hij somt wel op wat er allemaal zal gebeuren vóór de wereld ten onder gaat. De tempel in Jeruzalem is inderdaad verwoest. De Romeinse bezetter deed dat, in  het jaar 70. Wat er nog van overbleef was één enkele muur. Die staat er vandaag nog, en we kennen hem als de Klaagmuur. Maar wellicht nog pakkender dan dit ene trieste feit is het toekomstbeeld dat Jezus van de wereld schetst. Het is niet hoopvol, en wanneer we het afwegen tegen het verleden en toetsen aan het heden, blijkt het pijnlijk juist te zijn.

‘Wees op uw hoede’, zegt Jezus, ‘want velen zullen optreden in mijn naam.’ Die woorden vinden hun waarheid in mensen die zijn naam vroeger en nu misbruikten en misbruiken, voor hun eigen macht, hun aanzien, hun rijkdom. Echt heel pijnlijk is dat er in het verleden bij die misbruikers heel wat pausen, kardinalen, bisschoppen waren. ‘Er zullen oorlogen komen en onlusten’, zegt Jezus ook. Ook dat kennen we maar al te goed. De oorlogen in het verleden, die miljoenen mensenlevens hebben gekost; de oorlogen, de burgeroorlogen, het zelfmoordterrorisme vandaag die misschien nog vreselijker zijn. Rijke landen en nog rijkere internationale bedrijven verkopen met de glimlach wapens aan volkeren die elkaar bevechten. ‘Volk tegen volk en koninkrijk tegen koninkrijk’, zoals Jezus zegt. Zogezegd zijn ze op zoek naar vrede en gerechtigheid, maar in werkelijkheid gaat het alleen om macht en machtsmisbruik. En verder voorspelt Jezus aan zijn leerlingen dat ze zullen vervolgd worden, juist omdat ze zijn volgeling zijn. Ook dat was een hard feit in het verleden, en vandaag is het alleen maar erger. Nooit immers werden christenen meer vervolgd, uitgesloten, verjaagd, veroordeeld en uitgemoord dan vandaag. Het gebeurt dagelijks in alle islamitische landen, en nergens wordt er tegen opgetreden, niet door de plaatselijke regimes, niet door de internationale gemeenschap.

Zusters en broeders, het is niet bemoedigend wat Jezus voorspelt en wat we zien in het verleden en in het heden. Maar het is niet de hele werkelijkheid, want als we om ons heen kijken, zien we mensen die opkomen voor anderen, mensen die zich inzetten tegen onrecht en die hun leven besteden aan kansarme mensen. En we zien ook mensen die kunnen vergeven en vergeten, en barmhartig kunnen zijn. We zien volkeren die het goed voor hebben met andere volkeren, die arme landen steunen en bijstaan. We zien Welzijnszorg en Broederlijk Delen, Damiaanactie en Artsen zonder Grenzen, en zoveel andere verenigingen die leven en werken voor mensen in nood. We zien een paus die niet voor zijn eigen Kerk, maar voor de Kerk van Christus leeft. We zien zoveel goede dingen die we nooit uit het oog mogen verliezen, en die we zullen ze blijven zien, omdat God altijd aanwezig zal blijven in deze wereld. Hij is immers de Schepper van het al, en Hij zal zijn schepping nooit in de steek laten. Hij zal aanwezig blijven in de goedheid van mensen, in de genezing van zieken, in de moed van zwakken, in de hoop van toekomstlozen. Hij zal aanwezig blijven in de hulpvaardigheid en de verdraagzaamheid van mensen, en in de zorg en de liefde van mensen. En Hij zal aanwezig blijven in het leven van mensen die niet in Hem kunnen of willen geloven, want ook zij zijn zijn kinderen, ook al willen ze dat niet zijn.

Zusters en broeders, God zal nooit verdwijnen, en de boodschap die Hij heeft voorgeleefd in Jezus’ woorden en daden zal nooit verloren gaan. Zijn boodschap van liefde en vrede, van barmhartigheid en vergevensgezindheid, van nederigheid en hulpvaardigheid. Ook dat heeft Jezus beloofd, wanneer Hij zegt: ‘Geen haar op uw hoofd zal verloren gaan.’ Laat ook dat ons geloof zijn. Amen.  

 

Download dit document in Word-formaat

Intekenen voor de wekelijkse overwegingen

captcha