Jaar 2021-2022 Cyclus C
  • Eerste lezingHandelingen 10, 34a.37-43
  • EvangelieJohannes 20, 1-9

‘Op de eerste dag van de week kwam Maria Magdalena vroeg in de morgen ˗ het was nog donker ˗ bij het graf en zag dat de steen van het graf was weggerold.’

Zusters en broeders, het was nog donker toen Maria Magdalena bij het graf kwam, en dat is een donkerte die ook wij kennen. Een donkerte die veel meer is dan het licht dat in de vroege morgen nog niet verschenen is, maar die een duisternis is in de wereld, in de Kerk en in onszelf. De duisternis van de pandemie die meer en meer de indruk geeft dat ze nooit zal verdwijnen. De duisternis van de oorlog in Oekraïne, met de afschuwelijke Russische wreedheid en misdadigheid. De duisternis van meer en meer landen, zelfs in Europa, waar het vrije denken wordt uitgeroeid door corruptie, leugens en bedrog. De duisternis van fake nieuws dat de waarheid en de werkelijkheid totaal vervalst. Maar ook de duisternis in de Kerk die achtervolgd wordt door misdrijven in haar eigen rangen, en door schuldig verzuim van bisschoppen die niet reageren of de waarheid verdoezelen. En ook de duisternis van de groeiende onverschilligheid voor de Blijde Boodschap van Gods liefde, vrede en vreugde. Een onverschilligheid die zich uit in lege of bijna lege kerken. En ook de duisternis in ons eigen leven. De duisternis van ziekte en dood, van tegenslag en ellende, van relatiebreuken, van onvermogen en onmacht. En ook de duisternis van kwetsende woorden, van vijandschap, van dreigementen. Zoveel duisternis die ons ontgoochelt en verlamt.

Het is van die duisternis dat Pasen ons bevrijdt, want Pasen brengt licht in ons leven. Jezus’ verrijzenis toont aan dat ons leven niet zinloos en eindig is, maar zinvol en vol licht dat ons naar leidt naar leven in eeuwigheid. Leven in eeuwigheid dat we niet begrijpen en ook niet kunnen ervaren in ons leven van vandaag, maar dat op ons wacht, zoals het op Jezus wachtte. Ook van ons graf zal de zware steen worden weggerold als instap naar een leven in eeuwigheid.

Dat zijn allemaal moeilijke woorden en het is een nog moeilijkere gedachte, maar zonder die woorden en zonder die gedachte heeft ons geloof geen zin. Want die woorden en die gedachte steunen op de verrijzenis van Jezus. Die verrijzenis verkondigt Petrus in de eerste lezing met  een zekerheid die hij en de andere apostelen zonder enige twijfel kunnen koesteren, want zij ‘hebben met Hem gegeten en gedronken nadat Hij uit de dood was opgestaan,’ zegt Petrus uitdrukkelijk.

Zusters en broeders, op het Hoogfeest van Pasen aanvaarden we de kwetsbaarheid van ons bestaan en geloven we in blind vertrouwen  dat  Gods liefde zo groot is dat niets verloren gaat, en dat wij, ondanks onze kwetsbaarheid,  niet ten dode zijn opgeschreven. In een van onze paasliederen zingen wij:

Dit is de dag die Heer heeft gemaakt en gegeven.

Laat ons Hem loven en danken, verheugd dat wij leven.

Diep in de nacht heeft Hij verlossing gebracht,

heeft Hij ons licht aangeheven.

Het licht dat ons vandaag wordt aangereikt door Jezus, want ‘Christus is uw leven’, zegt Paulus in de tweede lezing, en na de consecratie zullen we bidden ‘Door Hem en met Hem en in Hem zal Uw naam geprezen zijn, Heer, onze God, Almachtige Vader, in de eenheid van de Heilige Geest, hier en nu en tot in eeuwigheid.’

Dat is Pasen: dat Christus ons leven is, en dat we door Hem en met Hem en in Hem in liefde, vrede en vreugde leven in eeuwigheid. Moge dat onze paasvreugde zijn. Amen.

Download dit document

Intekenen voor de wekelijkse overwegingen

captcha