Jaar 2023-2024 Cyclus B
  • Eerste lezingJesaja 60, 1- 6
  • EvangelieMattheus 2, 1-12

‘Sta op, laat het licht u beschijnen, want de Zon gaat over u op en de glorie van de Heer begint over u te schijnen.’

Zusters en broeders, het zijn prachtige woorden van Jesaja in de eerste lezing, woorden, die helemaal passen in deze tijd. Want in deze kersttijd vieren we inderdaad het feit dat het licht van God de Heer over ons schijnt. Maar zien wij dat licht?

De Wijzen uit het oosten zagen het wél, en dat is merkwaardig, want zij zijn geen Joden. Zij zijn vreemdelingen die meer zien dan de Joden, over wie het licht van God nochtans schijnt. Maar zij zien helemaal niets, of misschien willen ze niets zien. Dat wordt in elk geval gesuggereerd in het evangelie. In Jeruzalem is de ster die de Wijzen volgen verdwenen, en als ze vragen waar ze de pasgeboren Koning van de Joden kunnen eren, schrikt niet alleen koning Herodes, maar heel Jeruzalem zich te pletter. Dat koning Herodes niet blij is met een andere koning, is best begrijpelijk, maar dat ook de Joden verontrust zijn, doet meteen vermoeden dat die pasgeboren Koning niet echt welkom is bij hen. Dat blijkt ook uit het feit dat ze heel goed weten waar Hij geboren is, maar dat ze er niet eens willen aan denken Hem te bezoeken, laat staan Hem te eren. Het is dus nu al duidelijk dat ze Jezus niet als de Messias willen erkennen, integendeel, ze willen alles bij het oude laten, en wanneer Jezus later de Blijde Boodschap verkondigt van een God van liefde, vrede en gerechtigheid, met zijn nooit afgevende liefde voor armen, kleinen, zieken, kanslozen en andere mensen die ze niet waarderen, voelen ze zich in hun machtspositie bedreigd, en slaan ze Jezus als een boef op het kruis.

Ook Herodes heeft geen goede bedoelingen, en dat voelen de wijzen goed aan, want ze gaan langs een andere weg terug naar hun land. Die andere weg wijst erop dat ze door hun ontmoeting met Jezus een ander leven zullen leiden. Een leven van geloof in de God van het licht. God die vol liefde over alle mensen straalt, en niet alleen over de Joden zoals die zelf denken.

En wij moeten ons nu de vraag stellen: Zien wij het licht van Gods liefde, vrede en gerechtigheid? Zien wij de ster die ons de weg wijst? Of zijn we zoals Herodes en de Joodse heersers? Klampen wij ons ook vast aan onze zekerheden die geen inzet vragen en geen aandacht voor anderen, zeker niet voor mensen in nood? Of zijn we echt op zoek naar het licht van Gods liefde, die straalt over allen mensen? Zien wij dat licht niet alleen in deze viering, maar ook in ons dagelijks leven? En zien we het ook in kleine mensen, in armen, zieken, in mensen die anders denken en anders voelen, in vreemdelingen?

Zusters en broeders, wat zou het goed zijn als alle mensen die ster, dat licht van God zouden zien. Dus ook wanhopige mensen, mensen zonder toekomst, mensen zonder huis of thuis. En ook mensen die alleen aan macht en heerschappij denken. En mensen die alles vernietigen en iedereen vermoorden die hun heerschappij in de weg staat. Als ook zij Gods licht zouden zien, zou er echt een nieuwe hemel en een nieuwe aarde groeien. Stel je voor: een wereld waar plaats is voor iedereen. Een wereld waar de Wijzen uit het oosten meer dan tweeduizend jaar geleden al naar op zoek waren. Laten we doen zoals zij. Laten we dus een andere weg gaan dan de weg van eigenbelang en onverschilligheid. Een weg die we kunnen vinden als we de ster van Gods licht en liefde volgen. Amen.

Download dit document

Intekenen voor de wekelijkse overwegingen

captcha