- Eerste lezing: Exodus 24, 3-8
- Evangelie: Marcus14, 12-16.22-26
Zusters en broeders,
Vandaag vieren we Sacramentsdag, maar wie onder ons kent de zeven sacramenten nog? Laten we een poging doen: het doopsel, het vormsel, de heilige communie of eucharistie, de biecht of verzoening, de ziekenzalving, de wijding en het huwelijk. Maar vandaag gaat alle aandacht naar de heilige communie.
Dat merken we onrechtstreeks al in de eerste lezing. Natuurlijk brengt Mozes niet de heilige communie tot stand, maar wanneer hij het volk met bloed van offerdieren besprenkelt, zegt hij: ‘Dit is het bloed van het Verbond dat de Heer, op basis van al deze woorden, met u sluit.’ En die woorden zijn te vinden in het boek van het Verbond van het joodse volk met God.
Het doet sterk denken aan de woorden van Jezus in het evangelie. ‘Dit is mijn Lichaam’, zegt Hij over het brood dat Hij gezegend heeft en aan zijn leerlingen geeft. Over de wijn spreekt Hij een dankgebed uit, en zegt Hij: ‘Dit is mijn Bloed van het Verbond dat vergoten wordt voor velen.’ Het zijn woorden die we in elke eucharistie horen, en ze vormen de basis van ons geloof. Want dat Lichaam en dat Bloed van het Verbond is Jezus zelf, en wanneer Hij aan die woorden toevoegt: ‘Blijf dit doen om Mij te gedenken’ bedoelt Hij niet zozeer dat we elke zondag trouw naar de mis moeten gaan, maar dat we moeten leven naar het Nieuwe Verbond dat Hijzelf is, en dat is het Verbond van liefde, vrede, vreugde, vergeving, barmhartigheid.
Dat Jezus bij het Verbond vertrekt van brood en wijn ligt voor de hand, want ze vormen het basisvoedsel en de basisdrank van zijn streek. En zo is ook het Verbond: leven naar zijn woorden en daden van liefde, vrede en vreugde vormen de basis van ons geloof en van ons christen zijn. Leven we niet naar die woorden en daden, dan zijn we geen christenen. Dan gaan we onze eigen weg, en dat is een weg die ons wegleidt van het Verbond dat Jezus is.
Het maakt duidelijk dat de eucharistie meer is dan een wekelijkse bijeenkomst van gebed, woord en zang. Ze is een blijvende aanzet om te doen wat Jezus vraagt. ‘Blijf dit doen om Mij te gedenken.’ We weten wat dit inhoudt: dat is delen met elkaar. Dat is niet alleen voor onszelf leven, maar ook voor onze medemensen. Dat is luisteren naar Gods woorden. Dat is liefde geven en liefde krijgen. En dat is allemaal niet altijd gemakkelijk, maar we blijven ons best doen.
Zusters en broeders, laten we proberen te leven naar het Verbond dat Jezus is. Laten we God danken om het leven dat wij krijgen, om de vriendschap die we krijgen, om de zorg die we krijgen. En ook om de gemeenschap die we krijgen, zodat we niet alleen moeten leven, en niet alleen voor onszelf moeten zorgen. Laten we dus doen wat de Israëlieten in de eerste lezing beloven: dat ze alles wat de Heer zegt zullen doen en ter harte nemen. Laten wij dat ook doen. En laten we zeker doen wat Jezus zegt: ‘Blijf dit doen om Mij te gedenken.’ En dat houdt in dat we leven naar mijn woorden en daden van liefde, vrede en vreugde.’ Amen.